Press "Enter" to skip to content

democratie en rechtstaat

Samenvatting en uitleg Democratie en rechtstaat

Informatie op het gebied van Democratie en rechtstaat nodig? Hieronder vindt u een samenvatting met uitleg over de belangrijkste vragen en antwoorden. Ook uitleg over de belangrijkste termen en regels.

Het gebruik van deze informatie is voor eigen risico. Het is altijd verstandig om een juridische specialist (deskundige) in te schakelen bij juridische problemen.

Mocht u juridische hulp nodig hebben vraag dan nu de tarieven op van een advocaat of notaris bij u in de regio. 

 

 

Samenvatting Democratie en rechtstaat

Democratie en rechtstaat
Definitie staatsbestuur:
• het verrichten van de staatstaken
• personen of colleges (regeerders)
Het begrip ‘Overheid’ heeft niet alleen betrekking op de staatsorde.

Machtspluralisme, monisme en dualisme
Dit heeft te maken met de machtspositie die de staat in een samenleving heeft in relatie tot andere maatschappelijke organisaties
Plato en Aristoteles waren monistische denkers (op het gebied van de staat) Totalitaire staten zijn per definitie monistisch.
Jean Bodin analyseerde het begrip soevereiniteit los van religie (begin staatsvorming van Europa in 1576) Hij stelde dat soevereiniteit een essentieel kenmerk is van de staat.
(Machtsdualisme of pluralisme is in zijn opvatting niet mogelijk). Het hoogste gezag lag bij de koning. Zijn soevereiniteit is zowel het hoogste gezag als niet door de wet beperkt gezag.
De maatschappij in de 19e eeuw was dualistisch: de staat had maatschappelijke macht op zijn ingeperkte gebied, de economische organisaties op hun uitgebreide gebied.
20e eeuw: uitbreiding tot verzorgingsstaat, de macht raakt verspreid; pluralisme.

Regeerders en geregeerde
Manier om staat in te delen:
1. Monarchie: staatsmacht uitgeoefend door 1 persoon
2. Oligarchie: (heerschappij van weinigen) staatsmacht bij enkelen
3. Aristocratie: (heerschappij van aanzienlijksten) enkelen worden speciaal geschikt geacht voor het staatsbestuur
4. Democratie: (volksheerschappij) doorvelen
5. Mengvormen: monarchale / aristocratische uitoefening van staatsmacht
6. Soevereiniteit: oppermachtige heerschappij.
Thomas Hobbes neemt als uitgangspunt de ongeordende natuurstaat.
De mensen sluiten een maatschappelijk (contract) waarbij de macht wordt afgestaan aan een soeverein.
De soeverein moet een Monarch zijn evenals bij Bodin.
Hobbes maakt, d.m.v. het ‘verdrag’ te gebruiken het verdrag als legitimering van absolute monarchale macht.
Rouseau’s uitgangspunt is dat mensen gelijk en vrij zijn.
Er is geen mogelijkheid tot overdracht van de macht van volk naar vorst.
De algemene wil van het volk is soeverein.er is een principiële identiteit van regeerders en geregeerde.

Staatssoevereinititeit
Democratische rechtsstaat.
Soevereiniteit heeft te maken met:
1. de oorsprong en
2. de ‘drager’ van de soevereiniteit Dit zijn aspecten m.b.t. de eerste opvattingen over volkssoevereiniteit.
Met de invoering van Staatssoevereiniteit verdwijnt de noodzaak tot het zoeken van een ‘drager’ van de soevereiniteit.
Volgens het volkenrecht heeft een staat uit de volgende essentiële kenmerken:
• soevereine staat heeft een grondgebied
• bevolking
• beschikt over een georganiseerd gezagsapparaat.
– intern aspect: verwijzing naar hoogste rechtsmacht
– extern aspect: onafhankelijkheid t.o.v. onderstaten
Volkssoevereiniteit heeft in de huidige betekenis betrekking op een democratische bestuursvorm van soevereine staten.

Mission News Theme by Compete Themes.